06 Juni 2015 - Het tweede en derde deel van het TV programma “Hellish Era” van Al Arabiya was gewijd aan een interview met Behzad Naziri.
Hij spreekt over het martelaarschap van zijn zusje Geitei en zijn ontsnapping uit de gevangenis van het regime en de arrestatie van zijn vader.
Al Arabiya: Behzad heeft nog een paar foto’s bewaard van hem en zijn zusje Geitei, dat, 24 jaar oud, terecht werd gesteld, 40 dagen vóór de arrestatie van Behzad. Ondanks het feit dat er al 30 jaar voorbij is en dat hij ontsnapt is uit Iran, zijn de gevangenisellende en de droefheid in zijn blik wanneer hij naar zijn zusje kijkt steeds bij hem.
Het verhaal van de revolutie van Iran is vooral het verhaal van Behzad en Guity.
Foto: Guity en Behzad Naziri
Behzad Naziri: Khomeini begon de vrijheid in te perken, die was verworven in de revolutie. Bijvoorbeeld: vrouwen waren erg actief in de Iraanse revolutie. Wij tweetjes waren in die tijd voorstanders van de oppositie. Toen de oorlog tussen Iran en Irak begon, werd mijn zusje als journalist naar de brandhaarden en zelfs naar het front.
Zij bereidde video clips voor en hield fototentoonstellingen in Teheran over de toestand van de mensen die in de oorlog gewond waren. Op cultureel terrein was ze heel actief en ze hield van muziek. Zij was dichteres.
In februari 1982 werd ze naar de vermaarde Evin Gevangenis gebracht. Ik was destijds nog verslaggever en toen mijn zusje in de gevangenis zat, was ik samen met Franse journalisten betrokken bij verschillende activiteiten. Vijf maanden na de arrestatie van mijn zusje werd ook ik gearresteerd. Op 25 juni 1982. Mijn zusje was in mei 1982 terechtgesteld.
Veertig dagen na de executies van mijn zusje, toen mijn moeder psychologisch verward was door de terechtstelling van haar dochter die pas 24 was, werd er voor mij een arrestatiebevel uitgevaardigd en werd ik door de revolutionaire garde gearresteerd en vervolgens overgebracht naar de Evin Gevangenis.
Amper vijf maanden hiervoor was ik in deze gevangenis geweest als reporter samen met een team van een TV station. Ik wist toentertijd, dat mijn zusje samen met duizenden andere gevangenen achter gesloten deuren zat en dat we hen niet konden spreken. Ik zag er één van de martelingen waarover ik in de boeken had gelezen. Daar was gevangene Shams-ed-din Moqad’dasi. Ik kon hem niet zien daar ik geblinddoekt was; ik heb alleen zijn naam gevraagd. Hij zei, dat hij gedwongen was om heel veel water te drinken zodat zijn maag helemaal uitpuilde. Toen gingen de revolutionaire wachten met hun laarzen op zijn maag staan zo dat het water naar buiten zou komen, waarbij hij bijna stikte.
Ik ben na drie jaar ontsnapt uit Khomeini’s gevangenis. Ze plaatsten mij over voor een medische behandeling, waarbij ze mij tijdelijk buiten de gevangenis moesten brengen en ik ben ontsnapt. Het Iraanse regime arresteerde mijn vader als gijzelaar. Ik heb Iran snel verlaten met de hulp van het verzetsnetwerk en de PMOI. Ik ben naar Karadji in Pakistan gegaan via de grens van Sistan en Baluchistan.
Al Arabiya: Behzad Naziri werd in 1982 in Teheran gearresteerd toen hij werkzaam was voor Frankrijks persagentschap. Hij doet zijn best om het verhaal van anderen te vertellen en niet dat van hemzelf. Hij heeft het gevoel dat zij degenen zijn die het verhaal kunnen vertellen en dit opent telkens weer zijn wonden.
Behzad Naziri: In het jaar 1982 besloot het regime om voor de journalisten een show met enkele gevangenen op te voeren. In Frankrijk deden in die tijd veel verhalen de ronde over gruweldaden, massamoorden, executies en martelingen in Iraanse gevangenissen. Het Regime wenste een show op te voeren voor de journalisten en een voorstelling van zaken te geven, alsof er binnen in de Evin Gevangenis niets aan de hand is; dat alles normaal is. Dus ging een groep journalisten van het Franse TV Kanaal TF1 (TFéén) en van het Agentschap van de Franse Pers (AFP) in februari 1982 naar de Evin Gevangenis. Men bracht ons naar grote ruimtes in de Evin Gevangenis waar wij interviews hebben gehouden.
Iemand genaamd Lajevardi, die later bekend werd als de “slager van Evin” en die één van Khomeini’s wreedste en meest bloeddorstige elementen was, speelde bij deze gelegenheid de rol van aanklager. Wij interviewden hem en hij zei: “Hier is alles normaal. Gevangenen komen hier een poosje en worden getraind.” Hij toonde ons een groep jongemannen van wie hij zei, dat het gevangenen waren.
Behzad Naziri: Op bladzijde 953 van dit boek [het boek van de 20.000 Iraanse martelaren] staat een foto van mijn zusje aan het front van de oorlog tussen Iran en Irak.
Zij was journalist en was daarnaartoe gestuurd met een groep mensen van de Iraanse Nationale TV om reportages voor te bereiden. Hier is nog een afbeelding van haar, Guity Naziri op haar vierentwintigste.
Zoals u ziet, is het maar één foto tussen zoveel andere.
Hier staan de afbeeldingen van gewone werknemers van verschillende departementen en van overheidsorganisaties of NGO’s. In dit boek kan ik het beeld zien van velen die mijn vrienden waren en ik heb met hen in de gevangenis gezeten. Elk staat op zijn eigen pagina samen met degenen die behoren tot dezelfde groepering in de samenleving. Natuurlijk zijn dit maar 20.000 van de 120.000, die al die jaren door dit regime terechtgesteld zijn. Dit is mijn vriend Mahmoud Bani Naj’jarian. Velen liggen in onbekende graven.
Dit is Khomeini’s fatwa die zegt dat het Iraanse verzet, alle leden en voorstanders, Mohareb (vijand van God) zijn en ter dood veroordeeld. Met deze fatwa zijn 30.000 executies uitgevoerd. Van de 120.000 die in die jaren terechtgesteld zijn werden de namen en bijzonderheden van 20.000 van hen verzameld door het sociaal netwerk van het Iraans verzet. Zij zijn afkomstig uit diverse lagen van de bevolking. Ik zal u dit laten zien, mèt een foto van mijn zusje, en veel van mijn celgenoten. Een van hen was jurist, een ander student, weer een ander voormalig militair, één was kampioen veldloop, een ander een eenvoudige arbeider, eentje was handelaar in de bazaar. Het waren allemaal mijn celgenoten. Ik herinner me nog al hun namen.
Dit vormt maar een glimp van de misdaden van al die jaren en ik draag nog steeds de littekens op mijn lijf en in mijn hart. Het is nog steeds vers. Mijn littekens zullen alleen genezen als degenen die deze misdaden hebben begaan gerechtigheid gedaan wordt. Veel celgenoten van mij zijn nooit de gevangenis uit gekomen en zijn geëxecuteerd in de massamoord van 1988, toen Khomeini 30.000 Iraanse verzetsmensen afgeslacht heeft. Velen waren mijn vrienden, veel van mijn vrienden…
STFA, Stichting van de Familieleden