200 gevangenen zullen weldra worden geëxecuteerd in Karaj
Oproep aan de jeugd om te protesteren tegen deze misdadige terechtstellingen en om medeleven met de families van de slachtoffers te betuigen.
STFA, 20 April 2015 - Geconfronteerd met uitgebreide interne en externe crises, vooral als gevolg van de stapsgewijze terugtrekking in de nucleaire onderhandelingen, en de gelijktijdige toename van protesten van leraren en arbeiders, en ook andere lagen van de maatschappij, heeft het anti-humane geestelijk regime uit vrees voor toenemende volksopstanden executies ongekend opgevoerd.
Meer dan 70% van de executies zijn in het geheim uitgevoerd en het geestelijk regime heeft geen enkele informatie gepubliceerd over deze wreedheden.
In de afgelopen week (van 12 tot 18 april) hebben beulen minstens 65 gevangenen opgehangen.
Alleen al in de stadsgevangenissen van Karaj zijn vierenvijftig van hen terechtgesteld.
Op 13 april werden in de Centrale Gevangenis van Karaj acht gevangenen opgehangen, terwijl in de Ghezel Hessar Gevangenis nog eens 13 gevangenen werden geëxecuteerd.
De volgende dag zijn er 19 gevangenen opgehangen in de Gohardasht Gevangenis.
En op 15 april hebben beulen vijf gevangenen in Gohardasht opgehangen.
Onder degenen die terechtgesteld zijn was Javad Saberi, nog minderjarig op het moment dat hij werd gearresteerd.
In deze periode is op 12 april in Mehriz (in de provincie Yazd) een gevangene opgehangen, acht gevangenen werden op 12 en 15 april opgehangen in Arak, drie mensen werden er in Arak opgehangen op 14 en 15 april, vier gevangenen werden op 13 april in Shiraz opgehangen in Isfahan, en in Zahed werden op 18 april vier mensen opgehangen.
Twee van die terechtstellingen, in Mehriz en Shiraz, waren ophangingen in het openbaar.
Een aanzienlijk aantal van de geëxecuteerde gevangenen was onder de 30 en had deelgenomen aan het protest van gevangenen tegen de golf van collectieve executies in augustus in de Ghezel Hessar Gevangenis.
Een aantal gevangenen die terechtgesteld werd op valse beschuldiging van drugssmokkel, had volgens hun familie
niets met drugs te maken.
Gevangenen in de gevangenissen van Karaj tekenden op 12 april protest aan nadat hun celgenoten overgebracht waren naar eenzame opsluiting als voorbereiding op het uitvoeren van de misdadige straf van executie.
Protesterende gevangenen riepen in koor: “Wij zullen niet toelaten dat jullie ons dood maken”.
Net zo kwamen families van de gevangenen kort vóór de executie ook bijeen vóór de gevangenis en riepen: “Wij zullen niet toelaten dat jullie hen executeren”.
Men beweert dat in de komende weken het geestelijk regime van plan is om 200 gevangenen op te hangen in de dodencel in de gevangenissen van Gobardasht en Ghezel Hessar.
Veel families van gevangenen is gevraagd om zich te vervoegen bij gevangenissen om hun geliefden voor de laatste keer te ontmoeten.
Uit vrees voor een opstand onder de gevangenen heeft het regime van de moellahs degenen die zullen worden terechtgesteld laten overbrengen naar nabijgelegen steden, waaronder de Grote Gevangenis van Teheran aan de Hassanabad Varamin Weg en de Centrale Gevangenis van Qazvin.
Stichting van de Familieleden wil de mensen vragen om hun solidariteit met de families van de slachtoffers te betuigen.
Bovendien beklemtoont de Stichting dat de stilte en het ontbreken van enige actie van de internationale gemeenschap omwille van nucleaire gesprekken in het kielzog van de piek in de collectieve en willekeurige terechtstellingen deze moordenaars slechts aanmoedigt tot het doden van nog meer mensen van het Iraanse volk, terwijl zij ondertussen doorgaan met hun mars naar het verkrijgen van de nucleaire bom.
STFA, Stichting van de familieleden